Maar waar zou ik mij als gefingeerd zelfbenoemd zenboeddhist druk om maken? Het gaat immers niet om het doel, maar om het pad dat naar het doel leidt. En als het pad nu dan kennelijk een handgeschreven acceptgiro in een envelop in een brievenbus richting de ING in Arnhem moet zijn, dan moet het pad maar een handgeschreven acceptgiro in een envelop in een brievenbus richting de ING in Arnhem zijn. Terwijl ik mijn handtekening op de acceptgiro zet, begint mijn telefoon te piepen. Om daar voorlopig niet mee op te houden. De TAN-codes voor overboekingsvolgnummers 7, 8 en 9 van de betalingsopdrachten komen binnen ge-sms't. Die heb ik alle echter tot ongewenst volgnummer verklaard door de door mij gewenste overboeking telkens nogmaals in te tikken. Ik ben nieuw hier, Mijn ING, bepaald nog geen routinier. Ikke moete nog inboergeren. De sms-toon van volgnummer 10 - de ter zake dienende - wordt onderbroken door drie anderstonigen, die mij mededelen dat mijn mobilonavelstreng nu toch echt aan het eind van zijn Latijn is. De oplader ligt in het huis van mijn ouders, op zo'n 120 kilometer gaans.
Na drie keer inademen via mijn buik vervolmaak ik mijn handtekening op de acceptgiro. Het leven is goed zo: een postbeambte heeft morgen 1 stuk post meer te bezorgen en zo een fractie meer kans op behoud van zijn baan. En ik heb zo een loopje naar de postbus.
Tijdens dat loopje zal ik niet de vrouw van mijn leven tegenkomen. Een mens kan nu eenmaal niet alles hebben.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten