Al
vaker stond ik versteld van het niveau van bands die in de bescheiden
venue Paard Café optreden, de kleinste van de drie zalen in het
Haagse Paard. Bij Alien Chicks uit de Londense wijk Brixton besprong
die indruk me al bij het vooraf beluisteren van de muziek.
Onnavolgbare tempo- en ritmewisselingen en er dan toch nog in slagen
cadans te handhaven. Van de drie Alien Chicks zijn er slechts twee
werkelijk alien. Zanger-gitarist Josef Lindsay en bassist
Stefan Parker-Steele zijn van het mannelijk geslacht, wat voor chicks
best alien is. Slechts drumster Martha Daniels is vrouw, wat
vooralsnog normaal is voor een chick. Haar percussie is wel alien.
Wat een tempo, wat een energie. Bijna buitenaards. Of geheel van een
andere planeet? Het is maar de vraag. Hoe de drie musici het voor
elkaar krijgen is me ook na bij hun optreden aanwezig te zijn geweest
nog volstrekt onduidelijk. Gitaarspel, drums én zang klinken alle
ongeveer voortdurend tegen de complete hysterie aan. Hier wordt de
luisteraar/toeschouwer voortdurend op het verkeerde been gezet door
snel veranderende ritmes, maar krijgt hij/zij/hen er hoe dan ook
energie van.
Er
bestaat een theorie die stelt dat er een conflict in het geestesleven
aanwezig moet zijn als noodzaak voor artisticiteit en het maken van
kunst. Ik ontkom niet aan de vraag welke botsing in de hoofden van
Alien Chicks er heeft plaatsgevonden. Bij de naam Brixton gaat mijn
oude rellenbelletje rinkelen. Waren daar niet ooit stevige onlusten
uitgebroken, toen ik nog in het bezit was van een leeftijd waarop ik
zulks reuze interessant en aantrekkelijk vond? Ik moet dat googlen.
In het geval van 'ja, inderdaad' veronderstel ik dat er in de geesten
van Alien Chicks door een niet makkelijk opgroeien in dat oord een
conflict is ontstaan dat – een al of niet bestaand opperwezen en
anders de voorzienigheid zij gedankt – tot hun zeer pruimbare
muzikale uitspattingen heeft geleid.
Er
is natuurlijk ook de mogelijkheid dat Brixton zich nadien, als
voormalig achterstandswijk, al lang en breed heeft weten omhoog te
stuwen in de vaart der volkeren. Dat er gentrificatie heeft
plaatsgevonden zoals in Katendrecht, om het met een ontwikkeling
dichtbij huis te vergelijken. Een snelle blik op Wikipedia leert me
dat de rellen plaatsvonden in het begin van de jaren tachtig. Brixton
werd toen wel aangeduid als de hoofdstad van Jamaica. De plaatselijke
hermandad mocht er graag negers rammen. Nee, zo staat het niet op de
Wiki-site geformuleerd. Ik permitteer me de vrijheid e.e.a. als
zodanig op te vatten en de oorzaak van de rellen bij de handhavende
macht te leggen. Daar ben ik leftie genoeg voor.Tegenwoordig
zou Brixton 'een bruisende wijk' zijn. Ik denk dat daar inderdaad
gentrificatie aan ten grondslag ligt.
Het
zou goed kunnen dat mijn conflicttheorie daarmee de prullenbak in
kan. Lindsay, Parker-Steele en Daniels zijn waarschijnlijk te jong om
de onlusten te hebben meegemaakt. Ze zijn gewoon zeer getalenteerde
muzikanten. Muzikanten, wier werk ik via Bandcamp het mijne heb
gemaakt. Ook al las ik later dat ze over niet al te lang met een
nieuw album komen. Op dat album zullen vast nummers staan, die ik nu
al in de single-versie heb aangeschaft. Dat komt me in de toekomst
wellicht op dubbele aankoop te staan. Wat moet, dat moet. Ik ga toch
werkelijk niet aan de Spotify. Spotify is voor sloebers die graag
artiesten uitmergelen. Mocht u toch Spotifyen: nog hoogstaander dan
het reeds hoogstaande overig werk van Alien Chicks zijn de nummers
“Steve Buscemi” en “Woodlouse”. Stream die tot voorbij het
einde der tijden. Het zal uw leven, dat van al uw omringenden, de
planeet Aarde, het zonnestelsel, het melkwegstelsel en alles eromheen
verrijken.
Tramhaus
is een Rotterdamse band. Het Oude Tramhuys was een uiterst
Rotterdamse nachtuitspanning op het Eendrachtsplein, vlakbij waar ik
zo langzamerhand al 100.000 jaar zou wonen, als de tijd werkelijk
voorbij vloog. Ruim dertig jaar is het inmiddels wel, in
werkelijkheid. Het Oude Tramhuys staat er niet meer. Het wordt
opgeknapt en in Oude Luyster hersteld. Het krijgt na de opknapbeurt
geen horecabestemming; het wordt een of ander paviljoen van waaruit
wandelingen door de stad Rotterdam worden georganiseerd. Ik ben
benieuwd of ik tegen de tijd dat het Oude Tramhuys terug op de
locatie staat weer in staat zal zijn tot het volvoeren van
wandelingen. Dat ik me daarbij niet tegengehouden weet door blijvende
neuropathieklachten in mijn voeten. Met wat meer pech besta ik
omstreeks die periode niet eens meer. Ben ik aan de kanker ten
ondergegaan. Ja, lieve mensen. Het benne me daar even spannende
tijden. Zo spannend dat ik afzie van het ver vooruitkijken. Daar heb
ik geen tijd voor. En geen zin in. En u kunt van mij, als
autodidactisch vrijetijdsfilosoof, gerust aannemen dat er zelden een
belangrijkere reden is te bedenken om iets na te laten dan er domweg
geen zin in hebben. Een stukje doe-het-zelluf Kritik
der reinen Vernunft.
Hoe
zat het ook weer? Was de band Tramhaus nou vernoemd naar het Oude
Tramhuys? Ik meen er iets over te hebben gelezen, maar ik weet het
niet meer. Zeker is dat het Oude Tramhuys momenteel een tijdelijk
foetsie ondergaat. Tramhaus is daarentegen springlevend. Niet lang
geleden zag ik ze nog spelen in het gezelschap van de Rotterdamse
muziekgroepen Texoprint (voorheen Kalaallit Nunaat geheten) en M.U.G,
in Worm. Dit was tijdens een snel opgezette benefietavond voor de
venue Stroomhuis in Eindhoven, die niet lang daarvoor was afgebrand.
Een sympathiek gebaar, waar Tramhaus-frontman Lukas Jansen een
belangrijke hand in had, als ik dat correct heb onthouden. In
Stroomhuis maakte ik slechts één maal een concert mee en niet van
de minste band: het Canadese Crack Cloud.
Nu
is het echter de beurt aan Tramhaus. Na al in een volle grote zaal
van Paradiso te hebben gespeeld, een optreden dat in de Volkskrant
een knetterend lovende vijf sterrenrecensie kreeg, geven ze nu acte
de présence in een uitverkocht Annabel. Er wordt in Rotterdam nog
regelmatig met weemoed omgekeken naar Nighttown; ik vind Annabel een
minstens zo prettige zaal. De programmering is wat minder alternatief
dan die in de door nostalgici opgehemelde goeie ouwe tijd. Daarom kom
ik er niet zo vaak. Maar ik realiseer me dat het afgenomen
alto-gehalte te maken heeft met de veranderde smaak van het grote
publiek. En wie ben ik om daar iets van te vinden? Behalve dat ik het
als reuze stompzinnig en een aankondiging van het einde der tijden
beschouw.
Heel
even lijd ik stress bij de ingang. Mijn naam blijkt niet op de lijst
met genodigden te staan. Heremetijdje, wat is dit? Mijn contact had
een afzegging van één harer contacten ontvangen, die eerst zou
gaan. Ik had nog gevraagd wat de reden kon zijn van die afzegging.
Bij het annuleren van je huwelijk of de geboorte van je eerste kind
kan ik me nog iets voorstellen; bij het niet komen opdagen voor een
bezoek aan een optreden van Tramhaus verdwijn ik in een rabbit
hole
van onbegrip. Maar goed. Ieder zijn meug. Ik sta niet op de lijst,
het meisje dat me toegang moet verlenen spreekt slechts Engels, geen
Nederlands. Ik spreek echter ook Engels en ik hoef slechts aanstalten
te maken om nogmaals, nu in andere, overigens zeer rustige en nette,
bewoordingen duidelijk te maken wie me heeft willen matsen met de
gratis toegang of het meisje zegt al dat het oké is en drukt een
stempel op mijn pols. Het gaat zo goedgemutst en makkelijk dat ik me
afvraag of simpelweg een gladde babbel me vaker en elders ook entree
zal verlenen. Het is slechts een overweging. Ik heb een gruwelijke
hekel aan lulpraatjes en liegen. Als ik iets uit mijn duim wil
zuigen, schrijf ik een fictief verhaal. Dat is het voordeel van over
voldoende fantasie beschikken.
Wat
valt er over het concert van Tramhaus te typen? Als enige dissonant
wellicht dat de zang op mijn opnamen te zacht is ten opzichte van het
volume van de instrumenten. Ik ben bang dat ik mijn telefoon daar dit
maal niet de schuld van kan geven. De volumeverhouding van
voorprogrammagroep Real Farmer was wel in orde. Verder is er over
Tramhaus geen wanklank te melden. Tevoren was ik al gegrepen door het
afspelen van hun complete oeuvre, dat ik via Bandcamp eens tot het
mijne had gemaakt. Op de fiets, in bus, metro, trein en de
supermarktrij belandden de Tramhausklanken via den draadlozen in mijn
geestesleven. En wel behoorlijk continu. De live ervaring doet de
studio-opnamen ei zo na vergeten. (Ik typ 'ei zo na', omdat het
ineens in me opkomt en weer eens wat anders is dan 'bijna' of
'welhaast', edoch hetzelfde betekent, echter veel vaker in Vlaanderen
dan in Nederland wordt gebezigd.) Het moet erg lang geleden zijn dat
ik nog eens zo gegrepen werd tijdens een concert. De intensiteit doet
me terug denken aan het optreden van Pixies in de Amsterdamse Jaap
Edenhal, begin jaren negentig. Exact de juiste soort rock naar mijn
smaak, op het podium gebracht door muzikanten waar de eenheid vanaf
straalt. Ieder doet zijn ding, maar naadloos passend in het
collectief.
Bassiste
Julia Vroegh en gitarist Micha Zaat staan redelijk roer- en uiterlijk
emotieloos, gedisciplineerd en zeer kundig hun snaren te beroeren.
Van het gezicht van drummer Jan Luijten is meer enthousiasme af te
lezen. Het interesseert me overigens geen ruk of muzikanten wel of
geen emotie uitstralen. Een belangrijk kenmerk van muziek is dat het
om het geluid gaat. De rest lijkt me bijzaak. Desalniettemin schets
ik de uiterlijkheden nog wat verder, nu ik toch begonnen ben.
Gitariste Nadya van Osnabruggen toont meer motoriek. Ze zwaait vaak,
haar hoofd voorover houdend, met haar blonde haren heen en weer,
alsof ze in trance verkeert. Het wekt soms bijna een autistische
indruk. De zweem van autisme doorbreekt ze doordat ze soms even kort
zichtbaar contact met bandgenoten heeft. Ál te veel onderling
overleg hebben de Tramhaus-musici niet meer nodig. Daarvoor vormen ze
inmiddels een veel te op elkaar ingespeeld collectief, een mate van
collectiviteit die voor een werkelijk autist geheel onbereikbaar is.
Dan
frontman en zanger Lukas Jansen. Hoe je het ook wendt of keert, hij
is toch het gezicht van Tramhaus. De energie en motoriek die hij op
het podium brengt zijn indrukwekkend. Nog belangrijker: de
afwisseling die hij tussen rustiger zang en harmonisch blijvend
geschreeuw weet te brengen, moet, naast de instrumentale prestatie
van Tramhaus, ook een gewicht van importantie in de
aantrekkingskrachtschaal van de groep leggen. Daarbij wisselt hij
wilde sprongen en in de lucht trappen af met veel meer ingehouden,
zwoele dansmoves. Het schijnt dat Mick Jagger bij Lukas Jansen heeft
geïnformeerd of die hem een cursus podiumpresentatie wil geven. En
het schijnt dat ik er in mijn schrijven soms een fictieve hyperbool
tegenaan smijt om mijn waardering kenbaar te maken.
Lukas
Jansens dictie van de Engelse taal is Brits met een natuurlijke
vanzelfsprekendheid. Een grappig detail in het nummer “Make it
Happen” is het met puur Rotterdamse tongval gebracht 'Rottudam',
waarna hij 'make it happen' en de rest van de lyrics met onmiskenbaar
Engelse klank zingt. “Make it Happen” is een persiflage op een
gelijkluidende, Rotterdam hypende slogan van het gemeentebestuur. Ik
vraag me af hoe groot het deel van het publiek is dat door heeft dat
Tramhaus het als meer dan plat, ééndimensionaal chauvinisme brengt.
Als er na het concert direct een Feyenoord-lied uit de
muziekinstallatie schalt, word ik na een geweldig optreden alsnog
overvallen door een wat al te fors naar mijn zin zijnd 'helaas'.
Tot
mijn verrassing zie ik in mijn archief dat het niet de derde, maar al
de vierde keer is dat ik Real Farmer live zie optreden. Alle vier
keren in Rotterdam. En dan nog op even zo veel verschillende podia
ook: Vessel 11, Rotown, Roodkapje en Annabel. Ik ben een groot
liefhebber van hun muziek. Hoe die te omschrijven? Stevige
garagerock, gelardeerd met een agressieve zang? Zoiets. Voor een
veelvuldig concertganger en –archivaris raakt de voorraad
genreomschrijvingen op een bepaald moment uitgeput. Je zou nog
balorig alles onder de noemer postklassieke muziek gaan scharen
Het
kwartet bestaat uit een zanger, gitarist, bassiste en drummer. Een
nogal standaard bezetting, maar dat maakt geen ruk uit als je muziek
maakt als Real Farmer. Waar ik tegenwoordig toevoegingen aan het
palet standaard instrumenten vaak een verrijking vind, bewijst Real
Farmer hoe het met een geijkte invulling, die bij de basis van rock
blijft, met de oren zo wijd mogelijk open ook uitstekend vertoeven
is. Koperblazers en/of synthesizer en/of viool en/of piano en/of
desnoods doedelzak beschouw ik tegenwoordig vaak als welkome
aanvulling. Real Farmer laat horen hoe die aanvullingen totaal
overbodig kunnen zijn, zouden voelen als bijwerkingen van een
chemokuur, om er eens een charmante metafoor met de nog altijd
aanwezige haren bij te slepen.
Nadat
de groep het concert heeft afgesloten met, naar mijn mening, hun
beste nummer, “Perry Boys”, nemen mijn gedachten weer eens afslag
absurdisme. Zou Real Farmer het huisorkest zijn van de
BoerBurgerBeweging, mijn stem zou bij iedere verkiezing naar Caroline
van der Plas gaan. Tenzij een van de bandleden ook op de kieslijst
terug te vinden zou zijn. Dan zou mijn voorkeur naar die persoon
uitgaan. En misschien is het een idee om de groep voortaan, evenals
Real Madrid, “De Koninklijke” te noemen.
Daarnaast
mag ik over venue Annabel de loftrompet graag weer eens steken. Het
muziekonderkomen is vrij geruisloos en in relatief korte tijd aan de
bouwgrond ontsproten. Ik vind het – een voorwaarde is dat ik op het
balkon sta – een uitermate prettige zaal. Omdat ik wist dat deze
avond was uitverkocht, zorgde ik vroeg binnen te zijn. Zo kon ik een
plaats vooraan, tegen het hekwerk bemachtigen. Annabel beschikt op
het balkon over een hekwerk dat de prijs voor meest functionele
afscheiding in Nederlandse concertzalen zou moeten krijgen. Het reikt
tot net iets boven de borst. Je krijgt nimmer het gevoel naar beneden
te kunnen pleuren, wat in andere zalen wel zo is. Borstwering+, als
het ware. Het bood mij de gelegenheid dusdanig relaxt te staan dat ik
van zowel supportband Real Farmer als van hoofdact Tramhaus alle
nummers van hun optredens kon vastleggen. Als je op de vloer in de
zaal achteraan staat, in de buurt van de bar, wordt het zicht deels
geblokkeerd door twee robuuste kolommen. Andere minpunten heb ik in
Annabel nog niet kunnen ontdekken.
Als
extraatje kreeg ik nog het wellicht tot waarheid uitgroeiende gerucht
dat muzieketablissement Roodkapje zal verhuizen van de Delftsestraat
naar een locatie in het Vierhavengebied. Het zou voor mijn opnamen
een verbetering kunnen zijn. Het huidige onderkomen van Roodkapje is
vanwege het ontbreken van verhogingen in het zaaltje verre van een
ideale omgeving om niet geblokkeerd muziekuitvoeringen in beeld te
brengen. Het was al het tweede extraatje van de avond. Het eerste was
dat er ondanks de hoge mate van uitverkochtheid vooraf een plaats
voor me was gereserveerd op de genodigdenlijst. Ik schijn ook nog
eens over de juiste connecties te beschikken.
Hoeveel
veiliger naar het centrum van middle of the road kan mijn gevoelige
aard het verdragen? Ik vraag het mij af als ik de muziek van Better
Joy voor het eerst heb beluisterd. Is er meer reden om hun concert te
bezoeken dan het bezit van een jaarabonnement, waarmee ik voor de
bescheiden somma van € 60,- elk concert op Vessel 11 kan bijwonen?
Geen idee. Ik ben niet aan het beantwoorden van de vraag toegekomen.
Ik heb mijn schouders opgehaald, mijn fiets gepakt en heb de
bescheiden afstand naar het rode lichtschip in de Wijnhaven wederom
afgelegd. Op de fiets gaan zou overbodig zijn als ik in een conditie
van totale fitheid verkeerde. Chemokuren hebben me met nogal
pijnlijke voetzolen opgezadeld. Ik verkies het fietsen boven de
wandeling. Dit bespaart me ook nog de aanspraak van straatdealers als
ik door de Witte de Withstraat wandel.
Aanspraak
waarop ik sowieso al nooit heb zitten of lopen wachten. En nu al
helemaal niet meer. Ik krijg tegenwoordig mijn drug of choice op
dokstersrecept; ik heb geen behoefte aan middelen van jeugdige
stoethaspels, waarvan ik na inname wellicht rust en overzicht
verlies. En er hoe dan ook te veel voor moet betalen. De pijnstiller
oxycodon onderdrukt de pijn in mijn voetzolen. Het neemt ook de
zorgen weg over mijn toekomst en de sores over – volgens de
medische gemiddelden – een redelijk aanstaand afscheid van mijn
verblijf tussen de levenden. Een leuke bonus is dat de medicatie
euforie als bijwerking kan hebben en die in mijn geval ook heeft.
Speel ik thuis goede muziek af en heb ik 10 mg geslikt, dan komen de
composities harder binnen. Het brengt meer emotie teweeg. Vaker
kippenvel. Vaker een glimlach van verbazing over het moois dat
kundigen met een instrument in hun handen op me over weten te
brengen.
Ik
heb mezelf een strikt regime van oxycodon-inname opgelegd. Ik slik
het nooit voor 0:00 uur. Nooit buitenshuis. Je zou wellicht denken
dat het middel bij uitstek geschikt is voor concertbezoek; ik heb de
proef nooit op de som genomen. Ik ben de leeftijd van experimenteren
met stimuli voorbij. Dus met middernacht sta ik mijzelve inname van
twee dragees van 5 mg toe. En dan om 2:00 uur nog eens twee. Ik kan
in die tijd muziek draaien en daar extra van genieten. Ik kan ook
proberen te schrijven. Dat laatste gaat me met oxycodon stukken beter
af dan wanneer ik % zou hebben gedronken. De lompheid, Dutch courage,
het gebrek aan overzicht en geheugenverlies die je met % over je
krijgt, maken de invloed die oxy heeft er tot één van exquise
verfijndheid.
Nog
een groot – misschien zelfs het grootste – voordeel: iedere vorm
van kater blijft achterwege. Oxycodon schijnt twee maal zo sterk te
zijn als morfine. Als dat zo is, moet morfine worden voorgeschreven
als iemand een snotneus heeft. Van een ervaringsdeskundige las ik dat
hij oxy – ja, ik ben al in een fase beland dat ik het middel met
een als koosnaam bedoelde afkorting aanduid – slechts één maal
in de week slikte. 5 mg vergeleek hij met een aspirientje. Op zondag
nam hij 80 mg en dan ging hij reuze lollig uit zijn bol. Ik kan me er
wat bij voorstellen. Toch ga ik zijn voorbeeld geen navolging geven.
Het is goed zoals het nu is. 20 mg in totaal, te verdelen over twee
etappes. Een bijwerking is ook dat de ademhaling vertraagt. Ik merk
dat na vier pilletjes al. Heel soms leidt het tot niet in slaap
durven vallen, uit vrees niet meer te ontwaken. Dan lig je dus langer
wakker dan gewenst. Lastig voor slaven en mensen in het bezit van
zoiets onwenselijk en onmenselijk als een baan. Ik kan ertegen. Ik
functioneer ongeveer hetzelfde als ik om drie uur 's middags uit mijn
bed ben gekomen als wanneer het om vijf uur 's middags tijd was om
eens op te staan.
Hoewel
het middel als stevig verslavend wordt omschreven, heb ik nog steeds
niet de lust tot inname van meer ervaren. Toen ik uit logeren was en
ik geen pilletjes voorhanden had, bleef ieder onthoudingsverschijnsel
achterwege. Oxy slikken is bepaald geen conditio sine qua non. Ik
hoef het niet per se te nemen. Ik gun het mezelf vanwege de
ontspannende werking. Misschien is de zorgeloosheid die het bij me
teweegbrengt verslavend. En is het dus uitwijkgedrag. Welbeschouwd is
alles fucking uitwijkgedrag. Op vakantie gaan is uitwijkgedrag van
thuis blijven. Thuis blijven van de hort op gaan. Kinderen op de
wereld plempen is uitwijkgedrag van kinderloos blijven, eten
uitwijkgedrag van honger of trek hebben, of van slank blijven.
Obesitas hebben is uitwijkgedrag van het beschikken over een lichaam
als dat van een marathonloper. Oxycodongebruik is uitwijkgedrag van
pijn lijden. En van de behoefte aan %. En uitwijkgedrag van over het
naderende einde van je leven nadenken. En van minder van muziek
genieten dan je mét doet. Kortom: ga een neukend eind wandelen met
je voor de hand liggende gezever over uitwijkgedrag.
Juist
ja. Wie typte daar 'muziek'? Dat was ik. En waar was ik over
begonnen? Het optreden van Better Joy op Vessel 11. Hoewel de band
inderdaad nogal binnen de lijntjes van het zogenaamd betamelijke
blijft, heb ik geen spijt van mijn gang naar de rode boot. De
muzikanten verstaan hun kunstje, voorvrouw Bria Keeley heeft een
prima stem. Het geluid is nogal aan de veilige kant, maar nooit
zodanig dat het me stoort. Uit mijn plaat ga ik er echter ook niet
van. Better Joy is op tournee ter ere van, en ter promotie van het
verschijnen van hun EP “heading into blue”. De titel van de EP én
die van alle tracks zijn slechts weergegeven in kleine letters. Er
zijn meer bands die dat doen, het gebruik van kleine letters. Ik
vraag me af waarom? Is het een geforceerde poging tot bescheidenheid?
Zoals het op een of ander zwakzinnig sociaal medium van goede smaak
zou getuigen het gebruik van CAPITALS geheel achterwege te laten?
In
dit geval mislukt de verdoezeling van ambitie door bescheidenheid te
faken. De voorvrouw kondigt met bombarie aan dat het concert in
Rotterdam het eerste is van het deel van de tournee buiten het United
Kingdom, op het Europese vasteland. Als ik na het concert – ik heb
inmiddels mijn rustbrengers ingenomen – naga waar Better Joy na het
optreden op Vessel 11 nog zal optreden, ontwaar ik slechts één
venue. De volgende dag zullen ze Supersonic te Parijs aandoen. Die
twee optredens op het Europese vasteland zijn het dan, kennelijk.
Vergeleken met de aaneengesloten periode die ze in Groot Brittannië
weken achtereen op podia hebben doorgebracht, is het Europese deel
aan de nogal magere kant. Haar enthousiasme over de publieke opkomst
en de reactie van de toehoorders is niet nep, heb ik het idee. Het
verzoek om een laatste lied honoreert Better Joy met een toegift.
Bria Keeley geeft eerlijk toe dat ze door hun voorraad eigen nummers
heen zijn. Ze besluiten nogmaals “waiting on time” te spelen.
Helaas dit maal niet met hoofd-, maar alweer met kleine letters. Al
is dát aan de muziek niet af te horen.
Kind Human is de artiestennaam van
Isabelle van Beek. Tijdens haar solo-optreden op Vessel 11, als
support van hoofdact Better Joy, maakt ze tussen de nummers door al
duidelijk dat het leven haar bij tijd en wijle vermoeit, vanwege de
overweldigende indruk die ziektes en oorlogen op haar maken. Wat het
laatste betreft, verbaas ik me over de hoeveelheid onwelkome
bullshit, die er over de wereld raast. Bullshit veroorzaakt door
mannen die in het merendeel van de gevallen in een fatsoenlijk
functionerende rechtstaat achter slot en grendel zouden zitten in hun
eigen land. Doordat ze in het vaak ten onrechte opgehemelde
staatssysteem democratie op een positie zijn beland waar ze min of
meer onaantastbaar zijn voor rechtspraak die op anderen wél van
toepassing is. Democratie lijkt een leuk systeem. Het is de wens van
de meerderheid. Dat die meerderheid per individu totaal niet in staat
is verstandige keuzes te maken, is nogal jammer. Tot zo ver mijn
persoonlijke tegenwerpingen tegen de dictatuur van de meerderheid.
Het helpt de hoeveelheid informatie,
nieuws, non-informatie, fake news en wat dies meer zij te temperen
door de werkelijkheid minder via media tot me te laten komen. In
winkels, bij concerten en in het verkeer – het dagelijks leven, dus
– valt het me juist op hoe redelijk de sociale omgang tussen mensen
is. Als ik op mijn fiets stap, heb ik na een flinke tocht veel vaker
momenten waarop ik even netjes voorrang geef of heb gekregen; gepaard
gaand met een glimlach plus waarderend handgebaar dan onmin; de
middelvinger krijg ik zelden. En dat komt waarschijnlijk niet doordat
ik op mijn tweewieler een vervaarlijke indruk wek jegens bestuurders
van een SUV. Het is makkelijk het recht van de sterkste claimen in
een zich als personenauto voordoende vrachtwagen. Bezoek aan
muziekensembles in plaats van dat aan foebelle wil ook helpen een
prettiger luim te krijgen. Allen voor één in plaats van stompzinnig
tribalisme doet deugd. Al blijf ik het ondertussen hypocriet reuze
lollig vinden als Feyenoord met 6-0 van Ajax wint. Nieuwsberichten
over Gaza of de Westbank weten weer totaal andere emoties en
overtuigingen in me boven te krijgen. Laat ik nu mijn aandacht maar
op het optreden van Kind Human vestigen, voordat ik toch in een
koleerte door aangewakkerd ongenoegen schiet. Je kan het niet even
over Gaza of Ajax hebben of die lieden van het ouwe volkje komen weer
om de hoek kijken. (Denk achter de laatste zin de knipogende, ironie
aanduidende emoticon. Of kijk op www.genomineerdvoorhihihibokaal.com)
Waar hoofdact Better Joy, in de persoon
van Bria Keeley, tijdens optredens ondersteund door bandleden haar
act op het podium uitvoert, doet Kind Human het op haar gitaar,
geholpen door slechts opgenomen begeleidende muziek van digitale
tape. Een ander optreden, tijdens Concert At SEA bij de Brouwersdam,
gaf ze wél met een begeleidende band, bestaande uit heuse humans,
mensen van vlees en bloed, zie ik later. Het leverde een voller
geluid en betere muziek op. De composities van Kind Human laten zich
minder goed lenen voor een solo act dan voor een collectief gebrachte
uitvoering.
Op Vessel 11 laat ze haar microfoonstem
enigszins vervormd horen. Hierdoor verdwijnt het menselijk segment
van haar optreden juist weer iets naar de achtergrond. Ik vind het
geen storende, eerder een welkome vondst. Ze wist zo mijn eerste
indruk, dat ik te schaften heb met niet meer dan een minstreleres,
singer-songwriter nummer zoveel in een wat mij betreft onafzienbare
rij onderling inwisselbare artiesten, naar de achtergrond. Doordat de
opbouw in haar optreden – gechargeerd gesteld – van rustiger naar
heftiger nummers oploopt, verdwijnt het idee van minstreelster steeds
verder. “Wasted Love” is nog een rustige track; de laatste song,
“Try Again”, draagt veel meer het karakter uit van 'Jan pak de
leuning'. De bijdrage van ondersteunende bandleden zou de indruk van
singer-songwriter nóg verder naar de achtergrond dringen.
Avalanche
Party. Lawine Partij. Je zou nog gaan denken dat LP een nieuwe loot
aan de politieke spectrumboom is. Dat Thierry Baudet een afsplitsing
van Forum voor Democratie is gestart, omdat hij binnen die partij met
te veel weerwoord werd geconfronteerd. Baudet, die de volgende
stortvloed van onzin van de Dutch Mountains wil laten rollen en er de
Tweede Kamer onder wil bedelven. Maar ik wijk af. De band die
vanavond op Vessel 11 optreedt, is geen Nederlandse, maar een
Engelse. Niet afkomstig van de Dutch Mountains, maar uit de Yorkshire
Moors. Avalanche Party is ook geen politieke beweging onder leiding
van Eddy the Eagle, de kolderieke skispringer van weleer, die zijn
heil in een bestuursfunctie is gaan zoeken. Niks geen bergen. Het
meest waarschijnlijk zou nog zijn dat AP de nieuwe partij van Nigel
Farage is, maar ook dat is gelukkig een kwestie rijp voor het rijk
der fabelen. Ik schetste slechts wat dystopieën.
Dus
laat ik ter zake komen. Muziek. In 2022 was ik aanwezig bij een
concert van And You Will Know Us By The Trail Of Dead, in Rotown. Het
viel me me toen op dat de supportgroep van dienst – en ja, het ging
hier om Avalanche Party – beter voor de dag kwam dan AYWKUBTTOD.
Die had ik eerder meegemaakt in de oude zaal van de Melkweg, waar ze
een veel geschiktere indruk achterlieten. Kan allemaal best wezen.
Zelfs om het niveau van And You Will Know Us By The Trail Of Dead te
evenaren of te overtreffen als die een mindere dag hebben, moet je
e.e.a. in je mars hebben. En dat liet Avalanche Party die bewuste
avond in Rotown horen. Een indruk die beklijfde bij het beluisteren
van de cd “24 Carat Diamond Trephine”, die ik toen tot de mijne
maakte.
Deze
avond op Vessel 11 is hun concert wederom meer dan ruim in orde. Ik
kan nauwelijks een zwak moment in de performance aanstippen. Of het
zou de wat ongelukkige keuze voor “Ecstasy” als laatste nummer
voor de toegift moeten zijn. Niet omdat ik mij bij het horen van de
lyrics afvraag of de track een aubade aan de MDMA bevattende,
stimulerende, per dragee te nuttigen partydrug behelst. Ik vermoed
van wel, al is het ook mogelijk dat het gewoon om een meissie gaat.
“Ecstasy” is vergeleken met de rest van de gespeelde tracks
rustig, ballad-achtig en had daarom misschien beter vroeg in de
setlist gepast. De band voorkomt de indruk van de vergelijking met
een nachtkaars om het eind van het optreden aan te geven door ook nog
de veel steviger encore, “Dream Johnny Dream” te spelen.
Sterk
is ook dat Avalanche Party de laatste songs duidelijk oprekt; de live
versies duren langer dan het studiowerk. Hierdoor krijgen de nummers
een karakter van jamsessie. Doordat de muzikanten voortdurend vrij
dicht bij het origineel op geluidsdrager blijven, voorkomen ze dat
het jammen ontaardt in geneuzel en freewheelen in de ruimte.
Ook
tijdens dit concert meende ik weer te merken dat mijn voorkeur voor
sec luide rockmuziek iets aan het verschuiven is. Ik houd nog van een
redelijke stortvloed aan lawaai; steeds vaker heb ik net iets meer
waardering als bands de – grof gestelde – standaard bezetting van
zang, gitaren, bas en drums verrijken met extra instrumenten. Viool,
koperblazer en synthesizer zijn meestal zeer welkom. Avalanche Party
voegt aan de standaard bezetting saxofoon en synthesizer toe. Als
gesteld: het verrijkt.
Het
optreden op Vessel 11 is het laatste van de tour, die de leden eerst
door het Verenigd Koninkrijk en vervolgens over het Europese
vasteland voert. De musici wekken geenszins de indruk vermoeid te
zijn. Ze weten plichtmatigheid verre van zich te
houden. Misschien is het eind van de tour de reden dat ik na afloop
bij de meurtsj (dat is nieuwe spelling voor 'merch', dat op zijn
beurt weer een afkorting van 'merchandising' is) geen cd met hun
nieuwste album, “Der Traum über alles”, kan aanschaffen. Zelfs
op vinyl hebben ze het werk niet meer. Het kan zijn dat ze onderweg
inmiddels veel van hun meurtsj hebben verkocht. Geen nood. Bandcamp
biedt uitkomst. Al is toegift “Dream Johnny Dream” er nog niet
terug te vinden.
Dat
was best een poosje geleden, dat ik het Utrechtse EKKO nog eens
bezocht. Tenminste, in die veronderstelling verkeerde ik. Als ik het
weer eenmaal thuis nakijk, blijkt het niet eens een half jaar te
zijn. De grote hoeveelheid concerten die ik bezoek, corrumpeert
kennelijk het tijdsbesef. Ze doet ook de herinnering geweld. Ik lees
dat ik op 14 oktober 2024 een concert van Goat Girl bezocht. De naam
herken ik, ik weet ook dat ik er muziek van moet bezitten, aan het
optreden heb ik geen actieve herinnering.
Daar
het destijds wintertijd was, moet ik mijn weg naar de venue in het
donker hebben afgelegd. Geen idee of het ook koud was. Nu is het
zomertijd, loop ik in de zon en is de temperatuur twintig graden. Een
pleidooi voor een opwarmende Aarde, zou je bijna beweren. Een
opwarmende Aarde waarop ik nog decennia verblijf, zonder kanker in
mijn lichaam en bijwerkingen van chemotherapie. Dat zou welkom zijn.
Mijn voetzolen zijn pijnlijk. Eerder verdween het vierentwintig uur
per etmaal zeurende gevoel na ruim een week, als ik weer chemo via infuus toegediend had gekregen; nu niet. Als ik pech
heb, ben ik straks naast de bezitter van tumoren ook de eigenaar van
neuropathie. Afgestorven zenuwen aan de uiteinden van de ledematen
zijn dat, geloof ik. Met leuk ontwikkelde neuropathie kan je op een
punaise gaan staan zonder dat je iets voelt. Misschien gloort er voor
mij aan den einder nog een carrière als spijkerbedwandelaar of kan
ik gevoelloos over gloeiende kolen lopen. Moet ik opletten dat ik bij
dat kunstje mijn enkels niet verzwik of breek.
Kijk
eens wat een geinig bruggetje ik daar maak naar de hoofdact van deze
avond, Snapped Ankles. En ik was helemaal niet op zoek naar het
leggen van een link met de groep. Die verscheen vanzelf, al
schrijvende. Dat gebeurt nogal eens. Hoewel, 'gebeurt'? Een correct
en snel functionerend associatievermogen wil helpen.
Ik
denk niet dat de bandleden van Snapped Ankles mijn pleidooi voor een
opwarmende Aarde een warm hart zouden toedragen, als ik het werkelijk
zou menen. Hun songteksten staan bol van aanklachten tegen onrecht,
klimaatzorgen, het grootkapitaal en meer onverkwikkelijkheden. Als ik
bijna bij EKKO ben, zie ik dat twee bandleden worden geïnterviewd
door een televisieploeg. Al antwoordend op vragen omarmen ze een
boom. Boomknuffelaars, zijn die niet verschrikkelijk woke?
Ongeveer
anderhalf uur later laat Snapped Ankles horen hoe je sociaal bewogen
en maatschappijkritische teksten combineert met hypnotiserende
muziek, die uitnodigt tot heupwiegen en voetjes van de vloer in het
kwadraat. Het is dat mijn huidige conditie na drie dagen achtereen
concertbezoek me parten begint te spelen, anders zou ik hun optreden
van de volgende dag, in de Amsterdamse Tolhuistuin, ook bezoeken.
Snapped Ankles maakt duidelijk hoe je met synthesizers en echte drums
ingeblikte muziekgenres als house en dance naar de overbodigheid
verwijst. Ze zijn niet de enige band die daarin slaagt. Wel een van
de beste die ik ken.