Tevoren had ik al uitgevogeld dat ik de muziek van twee bands, Røyking en Noordwal, de moeite waard vond. Gezien de programmatijden betekende dit wel dat ik mijn fiets zou achterlaten in de stalling van Hollands Spoor. Ik zou de trein terug nemen, de volgende dag wederom per chemin de fer naar Den Haag gaan, er nog wat bouwprojecten vereeuwigen én wellicht nogmaals e.e.a. muzikaals vastleggen. Ik zou in ieder geval niet in het donker terug fietsen. Overdag scheren automobielen al iets te dicht naar mijn zin langs me heen. 's Avonds is de kans op de tyfus gereden worden me te groot. De automobilist heeft dan niet slechts minder zicht; hij/zij/hen/hun/hunnie/zullie heeft dan ook al een dag lang de kans gehad zich vol % te laten lopen.
Ik besloot over de parallelweg langs de A13, westelijk
voorbijgaand aan vliegveld Zestienhoven, richting Delft te cruisen.
Ik had tevoren gezien dat de wind uit het noordwesten woei, drie
Beauforts krachtig. (Of is het "Beauforten"? In de tijd van
de Romeinen was het "Beaufortae", dat heb ik onthouden van
mijn lessen Latijn, van lang gelee. Of was het toch "Beauforti"?
Hè, nu zit ik mezelf weer aan het twijfelen en in de war te
brengen.) Welnu. Ik heb tactisch sterkere beslissingen genomen.
Bijvoorbeeld door met wind in de rug heen te fietsen en terug per ov
te reizen. Ik merkte dat ik aardig wat van mezelf vergde. Dat kan op
zich pas kwaad als er kramp in ledematen schiet, er een bloeding in het brein plaatsvindt of het hart dienst weigert. Op zich doet de
fietstraining me goed. De lichamelijke inspanning maakt stofjes in de
herse...vul de riedel maar aan.
Van kramp was bijna sprake
toen ik circa op het Prins Hendrikplein was aanbeland, het
oorspronkelijk doel van de rit. Het moet voor het fietsersstoplicht
op de kruising van de Koningin Emmakade en de Laan van Meerdervoort
zijn geweest. Het was zo'n thrillseekermoment dat mij een behoorlijk
aantal fracties te nabij het ideale thrillseekermoment was. Niet
slechts op een infrastructureel kruispunt; ook op het kruispunt van:
kan ik door berekenend mijn voet plat op het plaveisel te plaatsen
kramp voorkomen of lig ik binnen enkele seconden luide kreten
onderdrukkend naast mijn fiets, vergaand van de pijn, het overig
verkeer op te houden?
Het werd gelukkig de eerste optie. Een
paar minuten later stond ik al op het PH-plein opnamen te maken van
Røyking. Hoe hun muziek te genreficiren? Garagepunk met opvoedkundig
onverantwoorde teksten, die ik zo grappig acht, dat gitaarsolowerk
dat ik bij andere bands soms over the top vind, me in dit geval
totaal niet stoort. Of, zoals op de Bandcamp-site van Røyking
uiterst pakkend staat vermeld: "Kinderen voor kinderen...maar
dan niet voor kinderen."
"LIEVER LUI DAN MOE
Ik
heb geen zin meer, krijg de tering.
Dus nu heb ik een
uitkering.
't Is misschien een beetje fout.
Maar liever dat,
dan een burn-out.
Weet je wat het is gewoon?
Ik sta niet op
voor minimumloon.
Veertig uur is veel te veel.
Gratis geld is
wat ik wil.
Dus ik zou me maar bekeren.
Waarom zou je nog
studeren?
Want ook jij hoeft niets te doen.
Leef lekker op
gratis poen.
Ik blijf liever in mijn bed.
Draai een jointje
voor de pret.
Ik ga nergens meer naartoe.
Ik ben liever lui dan
moe."
Na het optreden fietste ik nog verder, de Laan van
Meerdervoort af. Ik wilde geenszins de indruk wekken liever lui dan
moe te zijn. De Laan van Meerdervoort roep ik hierbij uit tot een
straat die erin is geslaagd pleurislang te zijn. Na die te hebben
uitgereden, bevond ik mij omstreeks Ockenburgh, bij Kijkduin en
Loosduinen. Hier had ik de International School of The Hague
nog op mijn lijst staan met te fotograferen, ooit beschreven
bouwprojecten. Toen had ik al besloten dat de rit terug naar
Rotterdam niet per spoor, maar met bips op eigen zadel zou worden
volvoerd.
Leuke stukjes Stefan!
BeantwoordenVerwijderenVooral de stukjes bij concerten zijn erg leuk om te lezen.